Landelijke gedichtendag
Vandaag, de 25e januari, viert Nederland haar landelijke gedichtendag.
Een moment om jezelf weer eens te doordrenken met het besef van de waarde van het Nederlandse gedicht. Om weer eens een bundel van de plank te pakken, desnoods van het net te surfen, en om zelf eens de pen in de hand te nemen. Poëzie bevindt zich namelijk in vele kleine dagelijkse dingen die we allemaal elke dag meemaken.
Ter gelegenheid van deze dag schrijf ik hier het voor de hand liggende gedicht van Remco Campert op, getiteld “Poëzie”.
Poëzie
Poëzie is een daad
van bevestiging. Ik bevestig
dat ik leef, dat ik niet alleen leef.
Poëzie is een toekomst, denken
aan volgende week, aan een ander land,
aan jou als je oud bent.
Poëzie is mijn adem, beweegt
mijn voeten, aarzelend soms,
over de aarde die daarom vraagt.
Voltaire had pokken, maar
genas zichzelf door o.a. te drinken
120 liter limonade: dat is poëzie.
Of neem de branding. Stukgeslagen
op de rotsen is zij niet werkelijk verslagen,
maar herneemt zich en is daarin poëzie.
Elk woord dat wordt geschreven
is een aanslag op de ouderdom.
Tenslotte wint de dood, jazeker,
maar de dood is slechts de stilte in de zaal,
nadat het laatste woord geklonken heeft.
De dood is een ontroering.
Uit: Bij hoog en laag, De Bezige Bij.
Add a comment